Sommige ware gebeurtenissen zijn zo vreemd, gruwelijk en mooi tegelijk, dat ze verteld moeten worden. Iemand moet ze opschrijven en dan wel zó, dat je ze niet snel meer vergeet. Dat moet ook Katherine Applegate, kinderboekenschrijver en uitgesproken dierenliefhebber, hebben gedacht toen ze ‘Ik ben een gorilla’ op papier zette. Voor dit verhaal liet ze zich inspireren door een gorilla die echt bestaan heeft. De gorilla heette Ivan en leefde 27 jaar lang in een Amerikaans winkelcentrum.

Anders dan je zou verwachten, maakt Applegate Ivan niet zielig. Ivan is een grote, tevreden en relaxte mannetjesgorilla, een zilverrug. Ook al woont hij al 9.855 dagen (Ivan telt de tijd in dagen) in een ’domein’ in een deel van een Amerikaans winkelcentrum dat Passage & Amusementshal De Circustent Afrit 8 heet, hij klaagt niet. Nooit. In zijn eigen woorden: ‘Ik ben wel een vreedzaam type, denk ik. Ik doe eigenlijk niet zoveel en ik denk vooral aan slapen en bananen en yoghurtrozijnen.’

Maar er komt steeds minder publiek op Ivan en de andere dieren in de passage af. Mack, de eigenaar van de passage, voegt baby-olifantje Ruby aan zijn dierenverzameling toe, in de hoop dat zij wat meer bezoekers trekt. Daarvoor moet ze van hem eerst wat kunstjes leren. En als ze niet luistert, is Mack niet te beroerd om een stok met aan het eind een gemene haak te gebruiken... ’Olifantshuid is zo dik als schors van een oude boom, maar een olifantenhaak gaat erdoorheen alsof het een blaadje is.’ Voor het eerst heeft Ivan, normaal zo geduldig als een steen, reden om in actie te komen.

Als het zover is, ben je al over de helft van het boek. ‘Ik ben een gorilla’ heeft namelijk hetzelfde relaxte tempo als Ivan – door wiens ogen je kijkt –, maar verveelt geen moment. Dat heeft te maken met Applegates manier van schrijven. Hoe ziet de wereld er eigenlijk uit als je een gorilla bent? Volgens Applegate zou je in elk geval zuinig omgaan met woorden. In ultrakorte hoofdstukjes en kernachtige zinnen vertelt Ivan je over allerlei details uit zijn leven, van het eten van bananenschillen (die zijn het lekkerst) tot hoe hij aan zijn bijnaam ‘Modder’ kwam, en grappige weetjes over zijn bijzondere vrienden Bob, een hond, Stella, een olifant, en Julia, een mensenkind. Ivan peinst ook weleens, waardoor hij soms iets te veel klinkt als een mens. Maar meestal denkt en zegt hij dingen die lekker aaps zijn, zoals: ‘Ik bijt het potlood doormidden met mijn magnifieke tanden. Daarna eet ik wat papier.’

En dan zijn er ook nog de zwart-witillustraties van Patricia Castelao. Simpel en ontroerend.

Je kunt er niet omheen. Nog voordat Ruby zijn leven binnenwandelt, heb je Ivan al in je hart gesloten.

Over de auteur

De Amerikaanse Katherine Applegate kan niet zonder: schrijven, verhuizen en... dieren. Gelukkig heeft ze een manier gevonden om deze grote liefdes te combineren. Samen met haar man Michael Grant schreef ze al talloze boeken en verhuisde ze tegelijkertijd van hot naar her. In de loop der tijd verzamelde ze een club huisdieren om zich heen waaruit ze inspiratie put voor haar verhalen. In ‘Ik ben een gorilla’ speelt haar eigen vuilnisbakkenhondje Stan bijvoorbeeld een belangrijke rol (in het boek heet hij ‘Bob’). Ideaal toch! Wil je meer weten over Katherine Applegate? Kijk dan op haar website: http://www.katherineapplegate.com.

Details

‘Ik ben een gorilla’
Katherine Applegate
Uitgeverij Lannoo, 2014
ISBN 978 94 014 1868 3
Met illustraties van Patricia Castelao.

Deze recensie werd eerder gepubliceerd op Leesfeest.nl.